Rood licht Therapie

Bijna infrarood licht: de onzichtbare, maar helende helft van het zonlicht

Je ziet het niet, maar het is er wel en het is erg belangrijk voor de gezondheid van onze planeet en iedereen die erop rondloopt: infrarood en bijna-infrarood licht. Ruim de helft van al het zonlicht is onzichtbaar en het is er niet voor niets. Ondanks dat je het niet kunt zien heeft het onzichtbare deel van het zonlicht een positieve invloed op de gezondheid alles en iedereen dat ermee in aanraking komt.

Je hebt al wel ervaring met het onzichtbare licht, omdat je het effect ervan kent, namelijk de warmte van de zon. Of de warmte van een infraroodlamp. Zelden heb ik het zo warm gehad als in een infrarood-sauna. Er is naast infrarood licht ook een ander soort licht, bijna-infrarood licht. Het is een helende vorm van licht, niet of nauwelijks warm, die heel bijzonder is en waar we eigenlijk te weinig gebruik van maken.

Het valt de Amerikaanse arts Roger Seheult op dat onze inname van het bijna-infrarode licht (NIR, near infrared light) de afgelopen paar honderd jaar drastisch is afgenomen. Nog slechts 7 procent van onze tijd brengen we buiten door, waar het NIR ons kan bereiken. Niet best, zegt hij, verwijzend naar een interessante review uit 2019, samengesteld door onder anderen de Amerikaanse melatonine-expert professor Russell Reiter.

Bijna-infrarood licht legt een ‘antioxidant-reservoir’ aan

In de review wordt geargumenteerd dat een van de redenen dat NIR zo belangrijk is, is omdat het een cruciale rol speelt bij de aanmaak van melatonine in de cellen. Waar de pijnappelklier melatonine aanmaakt in de nacht, waardoor we goed kunnen slapen, gebeurt dit overdag in nog grotere hoeveelheden in onze cellen, meer bepaald in de energiecentrales ervan, de mitochondriën. Die produceren ruim 95% van de melatonine in ons lichaam, dat daarmee een ‘antioxidant-reservoir’ aanlegt, zo beschrijven de reviewers het. Dat is nodig in de strijd tegen de vrije radicalen in onze cellen. De vrije radicalen ontstaan als gevolg van de energieproductie, zijn een vorm van afval en moeten vervolgens netjes worden opgeruimd. Dat kan met behulp van melatonine, mits die er in voldoende mate is, als gevolg van voldoende NIR.

De mogelijkheid van het lichaam een antioxidant-reservoir aan te leggen, is slechts een van de positieve gevolgen van voldoende NIR. Ook zorgt NIR, zegt Seheult, voor een betere bloeddoorstroming, meer zuurstof en een gunstige invloed op stikstofoxide. Vervolgens legt hij aan de hand van onderzoek naar een specifieke lichtfrequentie, namelijk 670 nanometer, uit dat deze NIR-frequentie positief uitpakt voor de gladde spiercellen, belangrijk bij het samentrekken van bloedvaten. De gladde spiercellen zijn vaak in slechte conditie bij mensen met hart- en vaatziekten of diabetes. Voor iedereen, maar speciaal voor hen, zou NIR in voldoende hoeveelheden dus gunstig kunnen zijn. Over dezelfde lichtfrequentie zegt de eerder genoemde professor Reiter dat na twee weken gebruik van een lichtpaneel met die specifieke lichtfrequentie de melatonineniveaus waren verhoogd, de slaap was verbeterd en de sportprestaties aanmerkelijk waren toegenomen.

LED RED LIGHT THERAPY

Cabine 1 Sunsbest
LED RED LIGHT THERAPY

Per sessie     € 15,-

De invloed van bijna-infrarood licht op het brein

De meeste rood-lichtpanelen zijn zo ingericht dat ze voor de helft het onzichtbare NIR afgeven. Het is niet voor niets dat zo’n groot deel van het oppervlak van deze panelen is gereserveerd voor het onzichtbare, weinig spectaculaire bijna-infrarood licht, ook wel weergegeven als nabij-infrarood licht. Rood licht is erg waardevol, als het gaat om de huid, de buitenkant van het lichaam. Denk daarbij bijvoorbeeld aan huidverjonging door collageenaanmaak of een snellere wondgenezing. NIR is minstens zo belangrijk, maar dan omdat het dieper weet door te dringen. Het is de reden dat de panelen van Sunsbest niet slechts rood licht bevatten, maar ook nabij-infrarood licht en dan ook nog met drie verschillende frequenties, in aanvulling op de twee rood-lichtfrequenties. De eerdergenoemde dr. Seheult zegt dat nabij-infrarood licht in staat is gebleken tot acht centimeter door te dringen in het lichaam. Hoe zit dat met het brein en de schedel? Afhankelijk van de kracht van het licht dringt het door tot in de schedel en zelfs tot zo’n vier centimeter in het brein. Zou dit iets kunnen betekenen voor Parkinson, die bekende ziekte van het brein?

De ziekte van Parkinson wordt met name genoemd door de Russische wetenschapper Tiina Karu in een artikel dat zich de vraag stelt of roodlicht-therapie niet onderdeel moet worden van behandelingen van zieke mensen. Karu haalt daarbij enkele voorbeelden aan die laten zien dat het behandelen met NIR goed uitpakte voor mensen met Parkinson. Ook beschrijft zij hoe stamcellen worden behandeld met NIR – specifiek met de frequentie 810 nm – waarna die opvallend goed werk verrichten bij mensen met hartproblemen. Dezelfde frequentie bleek tevens een ander waardevol effect te hebben. Het leidt namelijk tot versneld herstel bij beschadigingen aan het perifere zenuwstelsel, dus het deel van het zenuwstelsel buiten het centrale zenuwstelsel. Dr. Karu is niet zomaar iemand. Zij is de wetenschapper die voor het eerst vaststelde welk enzym het is dat in de energiecentrales van de cellen, de mitochondriën, rood en bijna-infrarood licht kan ontvangen. De ontvangst draagt eraan bij dat de mitochondriën, samen met zuurstof, beter in staat zijn energie te maken. De energie is nodig voor de cellen om hun werk goed te kunnen uitvoeren. Hoe meer cellen hun werk goed kunnen doen, hoe gezonder iemand is. Het enzym dat Karu op de kaart zette heeft de weinig aantrekkelijke, maar in de wetenschappelijke literatuur veel gebruikte naam cytochrome c oxidase. Ook was het Karu die ontdekte dat de effecten van het licht nog lang doorwerken in het lichaam. Waardevolle kennis voor iedereen die gebruik maak van een rood-lichtpaneel: zelfs nadat het licht uit gaat, weten wij dankzij Karu, duurt de werkzaamheid ervan nog uren, dagen tot zelfs weken voort.

Slanker door NIR

Ging het eerder over de effecten van de nabij-infraroodlichtfrequentie 810 nm op het brein, een frequentie die er nauwelijks van afwijkt, 808 nm, blijkt tevens positieve gevolgen te hebben op een heel ander gebied, namelijk obesitas. Dat blijkt uit Braziliaans onderzoek uit 2015 naar 64 obese vrouwen. Zij werden verdeeld in twee groepen en gedurende twintig weken driemaal per week in de sportschool aan het werk gezet. De ene helft ontving na afloop van iedere sportsessie een behandeling met NIR en de andere groep niet. Was er een verschil te merken tussen beide groepen? Het antwoord is bevestigend, want bij de NIR-dames constateerden de onderzoekers dubbel zoveel vetverlies en een grotere toename van spiermassa, vergeleken met de dames zonder NIR. In het verlengde hiervan is een ruim opgezet onderzoek uit 2019 interessant dat deels in Nederland is gehouden en laat zien dat onvoldoende zonlicht een negatieve invloed heeft op het metabolisme van glucose en vet. NIR kan dagelijks je lichaam en geest bereiken, ook in de winter, ook als het donker is, met lichtpanelen die zowel NIR als rood licht produceren. Meer over het rode licht in mijn uitgebreide blog daarover. Op een natuurlijke manier krijgt je licht, helaas samen met huidveroudering, gratis van de zon. Tenminste als die er is of als wij er zijn: soms is er geen zon of missen wij zelf het rode licht van de opgaande en ondergaande zon, omdat we dan nog niet wakker zijn of omdat het licht ons in de stad niet goed kan bereiken. De zon is een geweldige bron van gezondheid en warmte en je krijgt er ook nog een mooi kleurtje van ook. Zonder de zon geen leven. Dat is geen nieuws en was al bekend bij onze verre en minder verre voorouders. Zij maakten volop gebruik van wat heliotherapie wordt genoemd.

 De zon als heler: heliotherapie

De helende eigenschappen van zonlicht waren al bekend in het oude Egypte en ook het oude India. Zelfs nog niet zo heel lang geleden was het deel van de norm bij de behandeling van ziekte. Het was tijdens en na de Eerste Wereldoorlog populair en stond bekend als heliotherapie, naar Helio, de Griekse zonnegod. De populariteit van de therapie was voor een belangrijk deel te danken aan de Nobelprijs voor Geneeskunde voor een arts die zijn tijd vooruit was.

Al in 1896 richtte dr. Niels Finsen in Kopenhagen het Medisch Lichtinstituut op, noteert medisch tijdschrift the Lancet, dat erbij vermeldt dat de man in zijn jonger jaren niet naar school hoefde omdat hij tot weinig in staat was en leed aan een ‘volkomen gebrek aan energie’. Zijn gebrekkige toestand zette hem op een pad van onderzoek waarover wordt geschreven in een artikel van het tijdschrift Medical History van de Cambridge-universiteit over zonlichttherapie. Het werk van Finsen en later van de Zwitserse dr. Oskar Bernhard toont aan dat zonlicht gunstig uitpakte in de strijd tegen tuberculose. Finsen kwam op het idee na het opmerkelijk snelle succes door het behandelen met zonlicht van een open steekwond die eerder maar niet dicht wilde groeien, geïnspireerd als hij was door een lokaal gebruik – Bindenfleisch – om vlees in de open lucht te drogen.

Op de schouders van Bernhard en Finsen stond de Zwitserse arts dr. Auguste Rollier (1874 – 1954) die zonnebaden – het liefst met het ochtendlicht tussen 6 en 9 uur – in zijn zesendertig klinieken en ver daarbuiten populair maakte. Het enthousiasme hierover werd ondanks de successen overschaduwd door een angst voor de zon die in de loop van de tijd ontstond en tot op de dag van vandaag wijdverspreid is. Een goed voorbeeld van dat inmiddels alweer verouderde, maar nog levendige paradigma, is de beslissing in 2022 van gezondheidsminister Ernst Kuipers om vitamine D3 ondanks de lage kosten uit het basispakket te halen. Tegenover de gebrekkige liefde voor de zon en zonneschijnvitamine D3 staat nieuwe kennis. Die is nog niet goed doorgedrongen tot de reguliere wetenschap, maar je kunt er al wel over lezen in mijn e-boek De supervitamines.

Heliotherapie, voldoende vitamine D3 en het dagelijks baden in het beste van de zon met rood-lichttherapie vormen waardevolle bijdragen aan een gezond leven. De mens is volkomen ingesteld op het ontvangen van water, lucht en licht. Water en lucht van redelijke kwaliteit wil vaak nog wel lukken, maar voldoende licht, vooral de gezondheidsbevorderende frequenties die zorgen voor rood en nabij-infrarood licht ontbreken nog te vaak in de levens van veel mensen, met alle gevolgen van dien. Zorg goed voor lichaam en geest en geef je cellen wat zij nodig hebben om optimaal te functioneren. Rood en nabij-infrarood licht is daarbij van cruciaal belang. Lees meer hierover, inclusief de wetenschap er achter, op de website van LifeUnlimited.nl.

Bronnen:

– Russel Reiter en Scott Zimmerman – Melatonin and the optics of the human body, Melatonin Res. 2019, Vol 2 (1) 138-160; doi: 10.32794/mr11250016.

– Tiina Karu – Is It Time to Consider Photobiomodulation As a Drug Equivalent?, Photomed Laser Surg. 2013 May; 31(5): 189–191. doi: 10.1089/pho.2013.3510.

– Marcela Sene-Fiorese, The Potential of Phototherapy to Reduce Body Fat, Insulin Resistance and “Metabolic Inflexibility” Related to Obesity in Women Undergoing Weight Loss Treatment, Lasers in Surgery and Medicine 47:634–642, 2015, dow:10.1002/lsm.22395.

– R. Noordam, Associations of Outdoor Temperature, Bright Sunlight, and Cardiometabolic Traits in Two European Population-Based Cohorts, The Journal of Clinical Endocrinology & Metabolism, Volume 104, Issue 7, July 2019, Pages 2903–2910, https://doi.org/10.1210/jc.2018-02532.

– G. Lawrence, The Finsen Light, The Lancet, Dissecting room, https://doi.org/10.1016/S0140-6736(02)08653-1.

– R. Hobday, Sunlight therapy and solar architecture, Medical History, 41(4), 455-472. doi:10.1017/S0025727300063043.

Rood licht Therapie

Bijna infrarood licht: de onzichtbare, maar helende helft van het zonlicht

Je ziet het niet, maar het is er wel en het is erg belangrijk voor de gezondheid van onze planeet en iedereen die erop rondloopt: infrarood en bijna-infrarood licht. Ruim de helft van al het zonlicht is onzichtbaar en het is er niet voor niets. Ondanks dat je het niet kunt zien heeft het onzichtbare deel van het zonlicht een positieve invloed op de gezondheid alles en iedereen dat ermee in aanraking komt.

Je hebt al wel ervaring met het onzichtbare licht, omdat je het effect ervan kent, namelijk de warmte van de zon. Of de warmte van een infraroodlamp. Zelden heb ik het zo warm gehad als in een infrarood-sauna. Er is naast infrarood licht ook een ander soort licht, bijna-infrarood licht. Het is een helende vorm van licht, niet of nauwelijks warm, die heel bijzonder is en waar we eigenlijk te weinig gebruik van maken.

Het valt de Amerikaanse arts Roger Seheult op dat onze inname van het bijna-infrarode licht (NIR, near infrared light) de afgelopen paar honderd jaar drastisch is afgenomen. Nog slechts 7 procent van onze tijd brengen we buiten door, waar het NIR ons kan bereiken. Niet best, zegt hij, verwijzend naar een interessante review uit 2019, samengesteld door onder anderen de Amerikaanse melatonine-expert professor Russell Reiter.

Bijna-infrarood licht legt een ‘antioxidant-reservoir’ aan

In de review wordt geargumenteerd dat een van de redenen dat NIR zo belangrijk is, is omdat het een cruciale rol speelt bij de aanmaak van melatonine in de cellen. Waar de pijnappelklier melatonine aanmaakt in de nacht, waardoor we goed kunnen slapen, gebeurt dit overdag in nog grotere hoeveelheden in onze cellen, meer bepaald in de energiecentrales ervan, de mitochondriën. Die produceren ruim 95% van de melatonine in ons lichaam, dat daarmee een ‘antioxidant-reservoir’ aanlegt, zo beschrijven de reviewers het. Dat is nodig in de strijd tegen de vrije radicalen in onze cellen. De vrije radicalen ontstaan als gevolg van de energieproductie, zijn een vorm van afval en moeten vervolgens netjes worden opgeruimd. Dat kan met behulp van melatonine, mits die er in voldoende mate is, als gevolg van voldoende NIR.

De mogelijkheid van het lichaam een antioxidant-reservoir aan te leggen, is slechts een van de positieve gevolgen van voldoende NIR. Ook zorgt NIR, zegt Seheult, voor een betere bloeddoorstroming, meer zuurstof en een gunstige invloed op stikstofoxide. Vervolgens legt hij aan de hand van onderzoek naar een specifieke lichtfrequentie, namelijk 670 nanometer, uit dat deze NIR-frequentie positief uitpakt voor de gladde spiercellen, belangrijk bij het samentrekken van bloedvaten. De gladde spiercellen zijn vaak in slechte conditie bij mensen met hart- en vaatziekten of diabetes. Voor iedereen, maar speciaal voor hen, zou NIR in voldoende hoeveelheden dus gunstig kunnen zijn. Over dezelfde lichtfrequentie zegt de eerder genoemde professor Reiter dat na twee weken gebruik van een lichtpaneel met die specifieke lichtfrequentie de melatonineniveaus waren verhoogd, de slaap was verbeterd en de sportprestaties aanmerkelijk waren toegenomen.

LED RED LIGHT THERAPY

Cabine 1 Sunsbest
LED RED LIGHT THERAPY

Per sessie     € 15,-

De invloed van bijna-infrarood licht op het brein

De meeste rood-lichtpanelen zijn zo ingericht dat ze voor de helft het onzichtbare NIR afgeven. Het is niet voor niets dat zo’n groot deel van het oppervlak van deze panelen is gereserveerd voor het onzichtbare, weinig spectaculaire bijna-infrarood licht, ook wel weergegeven als nabij-infrarood licht. Rood licht is erg waardevol, als het gaat om de huid, de buitenkant van het lichaam. Denk daarbij bijvoorbeeld aan huidverjonging door collageenaanmaak of een snellere wondgenezing. NIR is minstens zo belangrijk, maar dan omdat het dieper weet door te dringen. Het is de reden dat de panelen van Sunsbest niet slechts rood licht bevatten, maar ook nabij-infrarood licht en dan ook nog met drie verschillende frequenties, in aanvulling op de twee rood-lichtfrequenties. De eerdergenoemde dr. Seheult zegt dat nabij-infrarood licht in staat is gebleken tot acht centimeter door te dringen in het lichaam. Hoe zit dat met het brein en de schedel? Afhankelijk van de kracht van het licht dringt het door tot in de schedel en zelfs tot zo’n vier centimeter in het brein. Zou dit iets kunnen betekenen voor Parkinson, die bekende ziekte van het brein?

De ziekte van Parkinson wordt met name genoemd door de Russische wetenschapper Tiina Karu in een artikel dat zich de vraag stelt of roodlicht-therapie niet onderdeel moet worden van behandelingen van zieke mensen. Karu haalt daarbij enkele voorbeelden aan die laten zien dat het behandelen met NIR goed uitpakte voor mensen met Parkinson. Ook beschrijft zij hoe stamcellen worden behandeld met NIR – specifiek met de frequentie 810 nm – waarna die opvallend goed werk verrichten bij mensen met hartproblemen. Dezelfde frequentie bleek tevens een ander waardevol effect te hebben. Het leidt namelijk tot versneld herstel bij beschadigingen aan het perifere zenuwstelsel, dus het deel van het zenuwstelsel buiten het centrale zenuwstelsel. Dr. Karu is niet zomaar iemand. Zij is de wetenschapper die voor het eerst vaststelde welk enzym het is dat in de energiecentrales van de cellen, de mitochondriën, rood en bijna-infrarood licht kan ontvangen. De ontvangst draagt eraan bij dat de mitochondriën, samen met zuurstof, beter in staat zijn energie te maken. De energie is nodig voor de cellen om hun werk goed te kunnen uitvoeren. Hoe meer cellen hun werk goed kunnen doen, hoe gezonder iemand is. Het enzym dat Karu op de kaart zette heeft de weinig aantrekkelijke, maar in de wetenschappelijke literatuur veel gebruikte naam cytochrome c oxidase. Ook was het Karu die ontdekte dat de effecten van het licht nog lang doorwerken in het lichaam. Waardevolle kennis voor iedereen die gebruik maak van een rood-lichtpaneel: zelfs nadat het licht uit gaat, weten wij dankzij Karu, duurt de werkzaamheid ervan nog uren, dagen tot zelfs weken voort.

Slanker door NIR

Ging het eerder over de effecten van de nabij-infraroodlichtfrequentie 810 nm op het brein, een frequentie die er nauwelijks van afwijkt, 808 nm, blijkt tevens positieve gevolgen te hebben op een heel ander gebied, namelijk obesitas. Dat blijkt uit Braziliaans onderzoek uit 2015 naar 64 obese vrouwen. Zij werden verdeeld in twee groepen en gedurende twintig weken driemaal per week in de sportschool aan het werk gezet. De ene helft ontving na afloop van iedere sportsessie een behandeling met NIR en de andere groep niet. Was er een verschil te merken tussen beide groepen? Het antwoord is bevestigend, want bij de NIR-dames constateerden de onderzoekers dubbel zoveel vetverlies en een grotere toename van spiermassa, vergeleken met de dames zonder NIR. In het verlengde hiervan is een ruim opgezet onderzoek uit 2019 interessant dat deels in Nederland is gehouden en laat zien dat onvoldoende zonlicht een negatieve invloed heeft op het metabolisme van glucose en vet. NIR kan dagelijks je lichaam en geest bereiken, ook in de winter, ook als het donker is, met lichtpanelen die zowel NIR als rood licht produceren. Meer over het rode licht in mijn uitgebreide blog daarover. Op een natuurlijke manier krijgt je licht, helaas samen met huidveroudering, gratis van de zon. Tenminste als die er is of als wij er zijn: soms is er geen zon of missen wij zelf het rode licht van de opgaande en ondergaande zon, omdat we dan nog niet wakker zijn of omdat het licht ons in de stad niet goed kan bereiken. De zon is een geweldige bron van gezondheid en warmte en je krijgt er ook nog een mooi kleurtje van ook. Zonder de zon geen leven. Dat is geen nieuws en was al bekend bij onze verre en minder verre voorouders. Zij maakten volop gebruik van wat heliotherapie wordt genoemd.

De zon als heler: heliotherapie

De helende eigenschappen van zonlicht waren al bekend in het oude Egypte en ook het oude India. Zelfs nog niet zo heel lang geleden was het deel van de norm bij de behandeling van ziekte. Het was tijdens en na de Eerste Wereldoorlog populair en stond bekend als heliotherapie, naar Helio, de Griekse zonnegod. De populariteit van de therapie was voor een belangrijk deel te danken aan de Nobelprijs voor Geneeskunde voor een arts die zijn tijd vooruit was.

Al in 1896 richtte dr. Niels Finsen in Kopenhagen het Medisch Lichtinstituut op, noteert medisch tijdschrift the Lancet, dat erbij vermeldt dat de man in zijn jonger jaren niet naar school hoefde omdat hij tot weinig in staat was en leed aan een ‘volkomen gebrek aan energie’. Zijn gebrekkige toestand zette hem op een pad van onderzoek waarover wordt geschreven in een artikel van het tijdschrift Medical History van de Cambridge-universiteit over zonlichttherapie. Het werk van Finsen en later van de Zwitserse dr. Oskar Bernhard toont aan dat zonlicht gunstig uitpakte in de strijd tegen tuberculose. Finsen kwam op het idee na het opmerkelijk snelle succes door het behandelen met zonlicht van een open steekwond die eerder maar niet dicht wilde groeien, geïnspireerd als hij was door een lokaal gebruik – Bindenfleisch – om vlees in de open lucht te drogen.

Op de schouders van Bernhard en Finsen stond de Zwitserse arts dr. Auguste Rollier (1874 – 1954) die zonnebaden – het liefst met het ochtendlicht tussen 6 en 9 uur – in zijn zesendertig klinieken en ver daarbuiten populair maakte. Het enthousiasme hierover werd ondanks de successen overschaduwd door een angst voor de zon die in de loop van de tijd ontstond en tot op de dag van vandaag wijdverspreid is. Een goed voorbeeld van dat inmiddels alweer verouderde, maar nog levendige paradigma, is de beslissing in 2022 van gezondheidsminister Ernst Kuipers om vitamine D3 ondanks de lage kosten uit het basispakket te halen. Tegenover de gebrekkige liefde voor de zon en zonneschijnvitamine D3 staat nieuwe kennis. Die is nog niet goed doorgedrongen tot de reguliere wetenschap, maar je kunt er al wel over lezen in mijn e-boek De supervitamines.

Heliotherapie, voldoende vitamine D3 en het dagelijks baden in het beste van de zon met rood-lichttherapie vormen waardevolle bijdragen aan een gezond leven. De mens is volkomen ingesteld op het ontvangen van water, lucht en licht. Water en lucht van redelijke kwaliteit wil vaak nog wel lukken, maar voldoende licht, vooral de gezondheidsbevorderende frequenties die zorgen voor rood en nabij-infrarood licht ontbreken nog te vaak in de levens van veel mensen, met alle gevolgen van dien. Zorg goed voor lichaam en geest en geef je cellen wat zij nodig hebben om optimaal te functioneren. Rood en nabij-infrarood licht is daarbij van cruciaal belang. Lees meer hierover, inclusief de wetenschap er achter, op de website van LifeUnlimited.nl.

Bronnen:

– Russel Reiter en Scott Zimmerman – Melatonin and the optics of the human body, Melatonin Res. 2019, Vol 2 (1) 138-160; doi: 10.32794/mr11250016.

– Tiina Karu – Is It Time to Consider Photobiomodulation As a Drug Equivalent?, Photomed Laser Surg. 2013 May; 31(5): 189–191. doi: 10.1089/pho.2013.3510.

– Marcela Sene-Fiorese, The Potential of Phototherapy to Reduce Body Fat, Insulin Resistance and “Metabolic Inflexibility” Related to Obesity in Women Undergoing Weight Loss Treatment, Lasers in Surgery and Medicine 47:634–642, 2015, dow:10.1002/lsm.22395.

– R. Noordam, Associations of Outdoor Temperature, Bright Sunlight, and Cardiometabolic Traits in Two European Population-Based Cohorts, The Journal of Clinical Endocrinology & Metabolism, Volume 104, Issue 7, July 2019, Pages 2903–2910, https://doi.org/10.1210/jc.2018-02532.

– G. Lawrence, The Finsen Light, The Lancet, Dissecting room, https://doi.org/10.1016/S0140-6736(02)08653-1.

– R. Hobday, Sunlight therapy and solar architecture, Medical History, 41(4), 455-472. doi:10.1017/S0025727300063043.